Alliantie

Voor een functionerende Europese samenwerking

Te vaak is ‘Europa’ de smoes voor impopulair of verkeerd beleid. Maar op ‘Europa’ hebben we zelf invloed. Die moeten we gebruiken, zodat we niet gedwongen worden regelgeving in te voeren die niet past bij de manier waarop we onze samenleving hebben ingericht.

Wel

Europese samenwerking

Samenwerking in de Europese Unie zorgt voor vrede en welvaart.

Wel
Europese samenwerking
Niet

Geen 'one size fits all'

Aan regelingen die geen rekening houden met de manier waarop wij ons land hebben ingericht, moeten we niet mee doen.

Niet
Geen 'one size fits all'
Wel

Opt-outs

Opt-outs, uitzonderingen en veto's moeten deel uitmaken van onze diplomatieke en democratische gereedschapkist.

Wel
Opt-outs

De Europese unie is een politieke organisatie waar belangen botsen, waar landen van mening verschillen en waar iedereen probeert voor het eigen land, de eigen organisatie of de eigen sector het beste resultaat binnen te slepen. Wat ‘Europa’ vindt, wat van ‘Europa’ moet, is vaak niet in beton gegoten, maar de uitkomst van een politiek krachtenspel. Regels, verdragen en afspraken geven daarbij niet noodzakelijk de doorslag. Die kunnen afhankelijk van de politieke krachtsverhouding ofwel heel ruim, ofwel heel strikt geïnterpreteerd worden. En soms, zoals bij het stabiliteitspact, worden ze gewoon opzij geschoven.

Een voorbeeld: regels voor Natura2000 en regels voor de ECB

Waar de Habitatrichtlijn (stikstof) door Europa heel strikt wordt uitgelegd, worden de regels voor de Europese Centrale Bank die een stabiele munt, begrotingsdiscipline en te hoge inflatie moeten voorkomen, juist heel ruim uitgelegd. Zo verbiedt het EU-verdrag het door de ECB opkopen van schulden van overheden, maar dat wordt zo uitgelegd dat de ECB wel overheidsschulden mag opkopen, zolang dat niet rechtstreeks gebeurd. In de praktijk geven landen nu een schuld uit, die wordt gekocht door een commerciële bank. Die die verkoopt de schuld meteen door aan het Europese stelsel van centrale banken. Ondanks het verbod op monetaire financiering heeft de ECB zo al honderden miljarden aan staatsschulden opgekocht.

Maar daar gaat Nederland al te vaak aan voorbij. ‘Brussel’ lijkt voor Nederlandse politici niet alleen een gegeven te zijn, een niet te stoppen bron van onvermijdelijke en maar op één manier te interpreteren richtlijnen, maar ook een prettig iets om achter te schuilen bij het doorvoeren van regelgeving in Nederland. ‘We willen het eigenlijk ook niet, maar het moet van Europa’, hebben we de afgelopen jaren vaak door een minister horen zeggen.

Dit gebeurt bij veel voor Nederland belangrijke onderwerpen. Van de  doorvoering van het niets ontziende stikstofbeleid en het verplicht aanbesteden van overheidsdiensten tot het niet tegenhouden van de wolf.

En wie tegelijkertijd een blik over de grens werpt, ziet een heel ander stikstofbeleid en ziet dat er heel anders wordt omgegaan met probleemwolven. En er is niemand die gelooft dat in landen als Frankrijk openbare diensten zoals het spoorwegennet ooit openbaar zullen worden aanbesteed, ook al gelden daar dezelfde Europese regels als voor ons.

Andere landen gaan dan ook heel anders om met de Europese Unie. Een Franse minister zal nooit terugkomen in Parijs met de boodschap dat hij het wel netjes aan ‘Brussel’ heeft gevraagd, maar dat het van ‘Brussel’ niet mocht. En dat geldt eigenlijk ook voor de andere lidstaten. Die zien ‘Brussel’ als het politieke krachtenspel dat het is. Zij zijn daarom wel bereid het politieke spel te spelen en zijn niet bang af en toe de deur van de vergaderzaal met een klap dicht te slaan.

De Europese Unie is geen doel op zich, maar een middel om samenwerking, blijvende vrede en eenvoudig grensoverschrijdend verkeer mogelijk te maken. Niemand is gebaat bij een te meegaande houding van Nederland in Europa. Het zorgt voor rechtsongelijkheid, waarbij er net over de grens andere en minder rigide regels gelden, terwijl aan onze kant van de grens het land op slot zit, zoals bij stikstof, en dat op basis van dezelfde Europese regels.

Het zorgt ook niet voor een betere samenleving, want wie is erbij gebaat dat aan ons systeem van vrijwillige brandweer een einde komt, of dat er voor overheidsbedrijven uitgebreide aanbestedingsprocedures komen? Niemand is gebaat bij ‘one size fits all’ regelgeving als die niet strikt noodzakelijk is voor een functionerende Europese Unie.

Een voorbeeld: Europese Pensioenregelgeving

In 2016 ging de Tweede kamer binnen 18 uur akkoord met invoering van de Europese pensioenrichtlijn. Op 27 juni werd de tekst van de richtlijn naar de Tweede Kamer gestuurd en op 28 juni stemden de regeringspartijen PvdA en VVD ermee in. De wettekst beslaat 100 pagina’s en beperkt de vrijheid van Nederland om zelf het pensioenstelsel in te richten, iets dat we in ieder geval tot voor kort met groot succes hebben gedaan. Deze Europese richtlijn houdt geen rekening met het typisch Nederlandse pensioenstelsel, dat in handen is van sociale partners, maar gaat uit van het pensioen als een financieel product van commerciële verzekeraars waarvoor een interne Europese markt moet bestaan. Nederland heeft geen echt voordeel, maar ondervindt wel veel beperkingen van deze regelgeving.

Nederland moet een meer realistische houding aannemen richting Europa, het gaan zien als het krachtenspel dat het is. Nederland moet vooral voorkomen dat er regelgeving wordt doorgevoerd waardoor goed functionerende instituties in en van de samenleving moeten verdwijnen of onherkenbaar moeten veranderen. Daarvoor moet Nederland gebruik maken van alle mogelijke diplomatieke en democratische middelen. Opt-outs en stevige onderhandelingen maken daar vanzelfsprekend deel van uit.